aan het woord

Bij ons in Almere: Anneke Dalger

(c) Richard Terborg voor Avanti

Anneke Dalger (59), organisator van Keti Koti Almere

‘Sinds 2018 organiseer ik Keti Koti in Almere. Voorheen gingen Almeerders op 1 juli altijd naar Amsterdam om de afschaffing van de trans-Atlantische slavenhandel te herdenken en te vieren, maar nu hoeft dat niet meer. Keti Koti Almere werd direct goed ontvangen.

Ik wil het bewustzijn onder alle Nederlanders vergroten. De herdenking van de Tweede Wereldoorlog wordt breed gedragen, maar dit onderwerp niet. Tot nu toe is de slavernij onder de pet gebleven, of wordt afgedaan met ‘het is al zolang geleden.’ Maar dit zware stukj Nederlandse geschiedenis hoort bij onze geschiedenis en moet beleefd worden.

Dat mensen aandacht voor dit onderwerp vragen, betekent niet dat ze slachtoffer zijn. De Tweede Wereldoorlog duurde vijf jaar, en zie wat voor een impact dat heeft op onze gemeenschap. De trans-Atlantische slavernij duurde een paar eeuwen, en is van generatie op generatie doorgegeven: zal dit dan geen impact hebben op de huidige generatie?

(c) Richard Terborg voor Avanti

Veel historici hebben geschreven over het leed van de nakomelingen van de tot slaaf gemaakten. Door het gebrek aan aandacht en openheid blijven sommige mensen hangen in boosheid. Ik zie ze worstelen met hun identiteit. Het slavernijverleden werkt nog steeds door in de hedendaagse maatschappij. Trauma’s worden van generatie op generatie doorgegeven. Men moet dat beseffen.

Om het bewustzijn te vergroten organiseer ik lezingen, de herdenking en alles wat met de bewustwording van ons verleden te maken heeft. De viering is ook belangrijk; dat zorgt voor ontlading. Momenteel ben ik druk met de herdenking op 30 juni, ‘corona-proof’. Mensen thuis kunnen het via Omroep Flevoland live op de televisie volgen.

Ik verveel me niet. Ik heb een moestuin, en vind het leuk om te bakken. Voor Moederdag heb ik brunchboxen met typisch Surinaamse gerechten gemaakt die mensen konden bestellen. Dat ga ik vaker doen in de toekomst. Klussen in huis doe ik ook zoveel mogelijk.’