Body-positiviteit
Je zelfbeeld leren verbeteren
De in Almere wonende jonge schrijver Emma Wesseling durft eindelijk in te zien dat ze het zichzelf heel erg lastig heeft gemaakt sinds haar puberteit. Hoe leer je zien hoe mooi je eigenlijk bent?
De eerste bewuste gedachte over mijn zelfbeeld kwam toen ik een jaar of twaalf was. Ik keek in de spiegel en het viel me op dat ik striemen op mijn bovenbenen en heupen had gekregen. Omdat ik me ervoor schaamde durfde ik niet aan mijn ouders te vragen wat het was en ben ik zelf onderzoek gaan doen. Het internet vertelde me dat die striemen kwamen omdat ik in korte tijd veel aan was gekomen. Als jonge meid, net begonnen op de middelbare school, schrok ik me daar rot van. Ik verstopte de striemen zelfs in de zomer onder lange broeken en weigerde met vriendinnen naar het strand te gaan.
Had iemand me toen maar verteld dat die striemen ook kunnen verschijnen als je een groeispurt hebt gehad en dat vrijwel alle jonge vrouwen hiermee te maken krijgen. Later kwamen daar cellulitis en een blubberbuik bij, en toen mijn borsten ondanks aanmoedigingen geen zin kregen om mee te groeien met de rest van mijn lichaam begon ik het idee te krijgen dat ik niet gemaakt was om mooi te zijn.
Waar ik eerder niet nadacht over de persoon in de spiegel werd ik ineens geconfronteerd met een werkelijkheid waar ik nog steeds mee worstel; schoonheidsidealen drukken zo duidelijk hun stempel op de persoon in de spiegel dat je de rest van je leven moeite hebt met je zelfbeeld.
Toen ik het ouderlijk nest verliet en op mezelf ging wonen in Utrecht ging dat uiteraard gepaard met de nodige extra kilo’s. Ik kom uit een thuissituatie waarin mijn ouders zorgden voor maaltijden op tafel. Als ik te veel aan de haal ging met zakken chips spraken ze me daarop aan en ik moest netjes mijn groenten en fruit eten. Toen ik op mezelf ging wonen was die controlerende macht er niet meer en begon ik alles te eten wat los en vast zat. Ik at alles wat me al die jaren verboden was, bestelde drie keer per week pizza, ontbeet met chips en lunchte met een hamburger. Er kwam een punt waarop ik zo lang geen fruit of groenten had gegeten dat ik opzocht hoe het voelde om scheurbuik te hebben.
Ik was ondertussen bijna een professional in het vermijden van mijn eigen zelfbeeld.
Waar de meeste jongeren op een gegeven moment een omslagpunt krijgen en leren voor zichzelf te zorgen bleef ik achter de feiten aanlopen en bleven de kilo’s dus aan me vastplakken als kleefkruid. Mijn zelfbeeld werd zo slecht dat ik weigerde strakke kleding te dragen en alle spiegels die meer dan mijn hoofd lieten zien vermeed. Ik was ondertussen bijna een professional in het vermijden van mezelf.
Ongeveer een jaar geleden begon ik voorzichtig met het volgen van een paar bodyposi-accounts op Instagram. Waarom ik de keuze maakte om dat te doen kan ik tot op de dag van vandaag niet helemaal benoemen, maar ik merkte dat het een verschil maakte in mijn hoofd om elke dag op mijn feed vrouwen voorbij te zien komen die hetzelfde figuur hadden als ik, maar er trots op waren. Ze probeerden hun vetrollen, cellulitis en striae niet te verbergen maar maakten er foto’s van om te delen met de wereld. Wanneer de omslag is gekomen weet ik niet, maar ik denk dat het gevoel van positiviteit zich net zo in mijn hersenen heeft vastgeklampt als het gevoel van negativiteit dat ik al jaren aangeboden kreeg door de media en mensen in mijn omgeving.
Op een donderdagmiddag stond ik voor de spiegel. Ik keek naar de striemen op mijn lichaam, die ondertussen ook op mijn buik waren verschenen en parmantig naar me terugkeken alsof ze de contouren van mijn iets te blubberige buik wilden uittekenen. Voor het eerst had ik niet het gevoel alsof ik zo snel mogelijk weg moest rennen bij de spiegel en twijfelde ik geen seconde of ik mijn badjas niet dicht moest slaan. Voor het eerst bestudeerde ik mijn lichaam, in volle glorie, met alle hobbeltjes en streepjes die erbij horen, en was ik er blij mee.