aan het woord

Burn-out vs overspannen

Herstelperiodes zijn noodzakelijk

(c) Masha Osipova voor Avanti

Veel piekeren, slecht slapen of een kort lontje hebben, het kunnen allemaal voorbeelden zijn van een opkomende burn-out. Maar hoe herken je een burn-out en wat moet je ermee doen? Bedrijfsarts Steven Sikkens weet daar raad mee. “Na een stressvolle periode heb je rust verdiend. Als je die rust niet neemt en door blijft gaan dan raakt je energie na verloop van tijd op.”

In 2021 hadden 1.3 miljoen werknemers te kampen met burn-outklachten. Dit blijkt uit onderzoek van de Nederlandse Organisatie voor Toegepaste-natuurwetenschappen (TNO) en Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Vermoeidheid en slechte concentratie zijn symptomen van een burn-out. Wat is eigenlijk het verschil tussen een burn-out hebben en overspannen zijn? “Burn-out en overspannenheid zijn termen met een onduidelijke betekenis. Het grootste verschil ligt in de gradaties”, vertelt Stevens Sikkens, bedrijfsarts bij Zorg van de Zaak. “Heb je te kampen met concentratieproblemen of een kort lontje, maar kunt de dag doorkomen; dan zit je tegen overspannenheid aan. Als je zondagavond koude rillingen krijgt bij de gedachte dat je volgende dag aan het werk moet, spreek ik van een burn-out. ”

Stress is een groot maatschappelijk en meestal het startpunt van een burn-out. Sikkens: “ik zie twee groepen mensen; de ene vindt het werk dat ze doen zinloos, maar gaan door om de hypotheek en vaste lasten te betalen. De andere groep neemt te veel hooi op de vork en krijgt daar weinig tot geen waardering voor. Die groep gaat vervolgens harder werken, waardoor er meer energie uitgaat dan er in komt.”

(c) Masha Osipova voor Avanti

Malu Keijzer behoorde tot de tweede groep. In 2017 had Malu een intensieve baan als video- en contentmaker bij een online magazine. TikTokvideos, YouTubereels en Instagramshorts zijn anno 2022 niet weg te denken. Maar vijf jaar geleden was dat een ander verhaal. Sociale mediaplatformen waren toen al groot maar de videocontent was nog upcoming. Er waren weinig videomakers. “Ik legde de lat zelf hoog en de werkcultuur hielp niet mee. Het werk wat collega’s deden om geschreven content te maken was niet te vergelijken met wat ik deed. Voor het maken van video’s komt er veel meer bij kijken. Ik moest alles bedenken, filmen en monteren. De video’s moesten twee á drie keer per week online geplaatst worden, anders zou het concept niet werken.”

In minder dan twee jaar had Malu tot twee keer toe een burn-out. “De eerste voelde voor mij meer aan als overspannenheid, daar was ik ook niet goed uitgekomen. Bij de tweede was ik echt op. Ik had een hele lieve baas met leuke collega’s, maar ik merkte al snel dat er te weinig begeleiding was. Ik was de enige van het team die video’s maakte dus ik deed alles alleen. En naast videocontent ging ik ook naar alle borrels en wilde graag leuk gevonden worden. Ook thuis had ik in die periode een stressvolle situatie, omdat mijn vriend ziek thuis zat. Mijn ouders zagen al eerder dat het niet goed ging; ik ben en blijf hun kind.” Lachend vertelt Malu. “En zo kwam het dat ik op mijn zesentwintigste met mijn moeder naar de huisarts ging. Die zei dat ik direct moest stoppen met werken.”

“Aan de ene kant voelde ik frustratie en aan de andere kant was ik opgelucht”

Voor Malu was werk een uitlaatklep, een plek om weg te zijn van de stressvolle situatie thuis. “Thuis had ik geen controle over de situatie en op werk wel”. Van de huisarts moest ze stoppen met werk, maar wel één keer per week langsgaan op kantoor. Dit was om re-integreren makkelijker te maken. “Ik pushte mezelf om elke week te gaan. En dat was hard nodig, want voor mij voelde het aan als een wereldreis. Alle geuren en geluiden van mensen, ik vond het vreselijk. Alle prikkels kwamen twee keer zo hard binnen. Collega’s vonden dat het beter ging, terwijl ik me slechter en slechter voelde. Dat uurtje dat ik naar kantoor kwam, wisten collega’s ook niet zo goed wat ze met me aan moesten. Dat snap ik ook wel, want er was weinig begeleiding. Dus de vergaderingen en afspraken gingen gewoon door dan zat ik er een beetje bij. Ik voelde me ongemakkelijk en buitengesloten. ”

“Het YouTubekanaal waar ik met bloed zweet en tranen aan had gewerkt werd overgedragen aan de stagiaire. Zij werd aan haar lot overgelaten. Ik had alle vertrouwen in haar dat ze het goed zou doen. Maar ik vond het jammer om te zien dat ze geen professional hadden ingeschakeld om haar te helpen. Dat vond ik erg oneerlijk.”

Beginselen van een burn-out

Volgens Sikkens zijn er vier startpunten van een burn-out: schuld, spijt, schaamte en verantwoordelijkheid. Schuld houdt in eerst je fouten herstellen. Je ervaart nu stress en mag daarna misschien ontspannen. Er is sprak van spijt wanneer je je best hebt gedaan, maar het voelt alsof het nog niet goed genoeg is. Van schaamte krijg je nog meer stress, want je voelt je schuldig maar niemand mag dat weten. Daar komt nog eens eenzaamheid bij kijken, doordat je niemand vertelt dat je je schaamt. En als laatst verantwoordelijkheid. Je verantwoordelijk voelen voor zaken die niet onder jouw takenpakket vallen. Dat geeft stress want je neemt andermans taken over en krijgt geen erkenning of waardering. Mensen krijgen dan ook een ‘schuldgevoel’ als ze de taken niet oppakken, want als zij het niet doen dan gebeurt het niet.

Malu wilde dolgraag verder met haar werk. Maar voelde zich schuldig, omdat ze ziek thuiszat en niks kon doen. Op haar werk was er weinig begeleiding en sturing, maar dat was sinds het begin al. Ook was al het harde werk wat ze in het YouTubekanaal overgedragen aan de stagiaire. Doordat er geen professional was die ook verantwoording droeg voor het kanaal voelde ze de waardering minder. Beetje bij beetje verzamelde Malu alle vier de beginselen van een burn-out.

De tweede burn-out

Al snel had Malu een andere baan gevonden en leek het beter te gaan. Maar alle stressfactoren die zorgde voor de eerste burn-out waren nog aanwezig. De thuissituatie, haar werkzaamheden en FOMO; fear of missing out. Ook liep het contract van Malu bij haar huidige werkgever af.

Bij de tweede burn-out ervaarde Malu ook lichamelijke klachten. Ze had non-stop pijn, waardoor ze amper kon bewegen. Ze was verplicht om rust te nemen. Toen de lichamelijke klachten genezen waren en Malu meer kon bewegen brak COVID-19. Nederland ging op slot. “Nu ik erop terugkijk leek het wel alsof ik richting een depressie ging. Door de lockdowns leerde ik mezelf beter kennen. Yoga, mediteren en Reiki al die zweverige dingen zijn niks voor mij. Ik houd ervan bezig te zijn en ging veel opruimen. Dat was voor mij therapie. Als ik buiten een wandeling maakte en zag hoe mooi het zonlicht door de bladeren scheen werd ik daar blij van. Ik ging ook minimalistisch leven. Voorheen had ik een redelijke shopverslaving. Door weinig inkomsten te hebben kon ik ook weinig kopen.”

“Door de lockdowns had ik geen verplichtingen meer. Ik had geen werk, want mijn contract was niet verlengt. Ik had geen sociaal leven door de lockdowns. Dat is het grootste verschil tussen de eerste en tweede burn-out. Nadat de eerste was vastgesteld had ik nog veel verplichtingen.” Van de huisarts moest Malu iedere week langsgaan op kantoor. Dit moest ze doen om haar re-integratie makkelijker te maken wanneer ze weer aan het werk kon. Iedere week stond ze minimaal veertig minuten in de badkamer om zich klaar te maken. Van collega’s kreeg ze ook te horen dat ze er goed uit zag. Terwijl ze zich helemaal niet goed voelde. FOMO speelde ook een rol. “Als ik werd uitgenodigd door vriendinnen om op stap te gaan, ging ik altijd mee. Met haar vriend ging het beter, maar de stressvolle periode was nog niet voorbij.

(c) Masha Osipova voor Avanti

Volgens bedrijfsarts Sikkens van Zorg van de Zaak is rust nemen de beste oplossing. “Een depressie hoeft helemaal niet slecht te zijn. Je lichaam krijgt dan de rust die het nodig heeft, niet op de gewenste manier voor je mentale gestel. Maar door een depressie neem je of je het wil of niet rust.” Door rust te nemen en te genezen na een stressvolle periode kan je uit een burn-out of depressie komen. Trauma’s van vroeger verwerken en ervan genezen. Als je dat niet doet en het telkens aan de kant schuift komt er een breek moment. In het geval van Malu was dat fysiek. Voor haar voelde het alsof een zenuw overspannen was en zat ze in een periode van contante pijn.

Eén ding wat Malu heeft geleerd is om vaker naar haar interne kompas te luisteren. “Ik kijk naar wat ik wil en waar ik blij van word. Klinkt egoïstisch, maar aan het eind van de dag heb ik alleen mezelf. Ik laat me door niemand onzeker of wankel voelen en doe niks wat ik niet wil. Ik heb controle en daar vertrouw ik op.”