aan het woord
De Onkruidenier
Een nieuwe relatie tussen mens en natuur
Wat begon met expedities in het landschap groeide uit tot een collectieve zoektocht naar de balans tussen plant, dier, mens en de natuur. Moeten we ons leren aanpassen aan de natuur of de natuur kunstmatig blijven aanpassen aan de mens? Rosanne, Jonmar, en Ronald van de Onkruidenier zijn er dagelijks mee bezig. Het collectief is ook bij betrokken bij de Floriade. ‘Een droom die uitkwam.’
Afgelopen weekend organiseerde het collectief de Onkruidenier een trainingssessie op het Almeerderstrand. Samen met het publiek stonden ze in en langs het water. Waterplanten verzamelen, gaten graven, langs de kustlijn objecten verzamelen – iedereen deed wat. De interactie met een actief publiek is precies wat de Onkruidenier de komende jaren wil uitbreiden. Want alleen samen kun je op een andere manier naar het landschap leren kijken. En dat is belangrijk voor de toekomst.
‘Het Almeerderstrand is een aangelegde plek, net als het IJmeer is het gecreëerd. Iedere dag wordt het strand aangeharkt door een tractor, en het wordt constant in de gaten gehouden door specialisten. Dit verhaal willen we vertellen. Door mensen opdrachten te geven, kunnen ze anders leren nadenken over wat hier gaande is. Hoe verhouden we ons hiertoe? En moeten we ons niet aanpassen aan een veranderend landschap, in plaats van het landschap aan te passen aan ons, zodat we er kunnen wonen en werken?’ vraagt Ronald zich af. Het project is onderdeel van een samenwerkingsverband met Strandlab. Maar de Onkruidenier werkt ook langdurig samen met het Oerol-festival, en is tevens actief in andere delen van Nederland.
In het begin, na de oprichting in 2014, gaven Jonmar en Ronald vooral rondleidingen. Tijdens wandelingen deelden ze hun kennis over planten en het landschap. Het was vooral zenden, zelf onderzoek doen, totdat ze in 2017 aan de slag gingen bij de Jan van Eyck Academie in Maastricht. Samen met kunstenaars, architecten en schrijvers, waaronder modeontwerper en kunstenaar Rosanne, dachten ze na over de beperkingen en de mogelijkheden van ons voedselsysteem. De samenwerking was zo leuk dat het duo uitgroeide tot een collectief.
Jonmar en Ronald hebben beide tuin- en landschapsinrichting gestudeerd. Maar in plaats van het landschap in te richten naar de wensen van de mens, proberen ze nu te ontdekken hoe de mens zich aan kan passen aan een veranderend klimaat en landschap. Samen met Rosanne natuurlijk. Een van de dingen die het trio het erg fascineert is hoe planten op amper twee meter van de zee kunnen groeien, in de harde wind, met veel zon en scherpe zandkorrels. ‘Er zijn planten die zout in hun huidmondjes, onder de blaadjes, kunnen opslaan. Hierdoor kunnen ze zoet water opnemen,’ vertelt Jonmar. ‘Als er een regenbui is, gaan de mondjes open en wordt het zout weggespoeld. De ruimte eromheen wordt zouter, en andere planten blijven weg.’
Het doorlopende artistieke onderzoek SWEET — SWEAT begon in Maastricht, maar het werd voortgezet op een Zeeuwse boerderij. Een boer genaamd Martin verbouwt daar al zijn hele leven suikerbieten, terwijl zijn land steeds zouter wordt omdat het dichtbij de zeedijk ligt. Aan de andere zijde van die dijk, groeit de voorouder van de suikerbiet, de strandbiet. Aan het begin van de 19e eeuw werd de suikerbiet gecultiveerd uit de strandbiet. Heeft suiker dan een oorsprong in een zout milieu, vroeg de Onkruidenier zich af? Door samen te werken met de boer onderzochten ze hoe suiker en zout met elkaar verbonden zijn.
Of ze nou vertellen over hun tijd bij de boer of op het strand: de passie voor hun projecten straalt van hun gezichten af. Maar betrokken zijn bij de Floriade, ja, dat is wel heel speciaal. ‘Toen wij nog studeerden was de Floriade een hele happening. Zulke grote projecten, waar mensen jaren naartoe werkten. Nu zijn we daar zelf onderdeel van. Heel bijzonder,’ zegt Ronald. Samen met Overtreders W, een ontwerpbureau in Amsterdam, deden ze onderzoek naar planten die groeien in een waterrijke leefomgeving en hoe deze als grondstoffen gebruikt kunnen worden voor lokaal bouwmateriaal. De Gemeente Almere en de Gemeente Amsterdam hadden een pitch voor een nieuw Floriade-paviljoen waar Overtreders W voor werd gevraagd. De Onkruidenier werd onderdeel van de pitch vanwege hun kennis over planten. Samen met Overtreders W, landschapsarchitect Joost Emmerik en Kossmanndejong vormen ze nu een team.
‘Wij zijn verantwoordelijk voor het mede inrichten van de tuin, en gaan ook verhalen vertellen. Door na te denken over toekomstgerichte bouwmaterialen, klimaatadaptieve planten, voedselvraagstukken en stadsnatuur, maken we een bijzondere plek op de Floriade,’ voegt Jonmar toe. Het Amsterdam Almere paviljoen heeft als titel ‘The Voice of Urban Nature’ en biedt ruimte aan een andere relatie met natuur. Maar ook geeft het platform ruimte aan de vele initiatieven die in de stad bezig zijn met de natuur, maar niet enkel vanuit het perspectief van de mens. ‘De mens is immers niet alleen onderdeel van een community van mensen, maar ook van microben, insecten, dieren en planten. We zijn onderdeel van een ecosysteem en wat wij doen heeft gevolgen voor de rest. Wanneer je in de tuin de tegels weg haalt, dan krijg je vanzelf meer bodemleven,’ aldus Jonmar. De Onkruidenier is mateloos gefascineerd door hoe bepaalde dier- en plantensoorten zich kunnen aanpassen aan de stad. En je op steeds meer plekken bijzondere nieuwe stadsnatuur kunt ontdekken: dat is wat centraal staat tijdens de Floriade.
De mensen van de Onkruidenier denken veel na over een veranderende wereld en een toekomst die steeds natter en warmer zal worden. Over hoe deltagebieden misschien wel voorbeelden zijn van ons toekomstige leefgebied. Over welke vormen van landbouw nog mogelijk zijn in een steeds zouter wordend land. Over hoe, en of, we in de toekomst nog met eb en vloed kunnen leven. Ronald: ‘Maar ook over hoe we bijvoorbeeld schaaldieren of waterplanten kunnen laten groeien om ze vervolgens te gebruiken voor nieuwe woningen.’ Een paar weken terug was het collectief onderdeel van de Triënnale van Kunsthuis Syb in Beetsterzwaag in Friesland. Ze stonden tot hun kuiten in het Witte Meer. Rosanne vulde de poldervormige waterbakken, sloeg aan het meten en bediende het watersysteem, terwijl Jonmar vertelde over de ontstaansvormen van schuim. Het was een soort voorstelling, maar wel één waarin de bezoeker werd opgeroepen om samen met ons nieuwe dingen te ontdekken. ‘We hopen dat mensen de plek waarin ze wonen en leven met andere ogen zullen bekijken. Niet alleen door te luisteren, maar ook door het veranderende landschap zelf te ervaren,’ zegt Ronald.
Zelf doen ze dat ook. Aan het einde van de zomer namen ze deel aan een veldacademie in Almere, georganiseerd door Cocky Eek bij Strandlab. Onderdeel van het programma was een wandeling met maritiem archeoloog Yftinus van Popta, verbonden aan de RUG. Hij vertelde over een bult in het weiland; daaronder ligt blijkbaar een eeuwenoud scheepswrak. Almere is nog niet zo oud, daarom zakt de bodem nog. Hierdoor worden de ooit gezonken schepen weer zichtbaar. Betoverend, vond Jonmar, maar het geeft ook te denken. ‘We besloten ooit dat we van water land wilden maken, maar weten niet wat voor gevolgen dat heeft voor de natuur en het landschap. Zijn we niet toekomstbestendiger als we ons aanpassen aan de veranderingen in het landschap, in plaats van andersom? Dát is de vraag.’ Meer informatie over De Onkruidenier vind je hier