aan het woord
En zo werd Avanti geboren
Interview met Ineke Smidt
Avanti viert komend jaar haar 25 jarig jubileum. Een grootse leeftijd die niet zomaar is bereikt. Maar hoe begon het allemaal? Hoe kwam Avanti tot leven? Wat deed de stichting toen en hoe overleefde het die eerste prille jaren? Ineke Smidt stond ooit aan de wieg van Avanti als oprichter en eerste voorzitter van het bestuur en was later betrokken bij een belangrijke switch in de ontwikkeling van de stichting.
Vertel is, hoe is Avanti ontstaan? En wat betekent Avanti eigenlijk?
Het voelt erg lang geleden, maar ik stond inderdaad ooit aan de wieg. Dat ging als volgt. Er was eens een vrouwencentrum genaamd Elckerlyc. Zij waren een vrij gesloten groep die zich hard inzetten voor vrouwenemancipatie. Hun centrum stond echter op het punt van instorten en zo ontstond de vraag naar een nieuwe, maar bredere invulling bij toenmalig wethouder Lies Spruit. Zij vroeg aan mij om daar het voortouw in te nemen. Ik zat in de emancipatiecommissie van de gemeente en werkte toentertijd bij de GGD, waardoor ik een breed netwerk had van onder andere vrouwen met een migratieachtergrond. Dat was een doelgroep die zij ook graag wilde bereiken. Ik dacht ‘ik heb dit nog nooit gedaan, dus waarom niet?’ Ik kreeg een budget van de gemeente en samen met Lies en 5 andere vrouwen is toen een stichting opgericht. Voor de naam was het belangrijk dat we meerdere groepen mensen zouden aanspreken. Zo kwam het idee voor de Italiaanse kreet ‘Avanti’, wat losjes vertaald ‘kom op, vooruit, we gaan’ betekent.
Hoe zag de basis eruit?
De Rabobank organiseerde toen nog veel lokale activiteiten en dus klopte we bij hen aan met de vraag voor een ruimte. Toevallig sloot de Rabobank toen zijn kantoor op de hoek van de Kerkgracht in Almere-Haven en werden wij de nieuwe huurder. Er was alleen wel een flinke verbouwing nodig. Via mijn netwerk vond ik een gepensioneerde aannemer en wij hadden een jonge net afgestudeerde binnenhuisarchitecte in huis. Zij hebben toen de leiding genomen en het oude Rabobank kantoor verbouwd tot ons eerste volledig ingerichte clubhuis met een grote keuken.
Ondertussen waren wij hard bezig alles op poten te zetten en dat was nog best een opgave. Er moest een missie visie komen, een beleidsplan met een exploitatieplan en natuurlijk ook een programmering. Het was zo nieuw wat we deden, we hadden geen voorbeeld en wat noem je dan emancipatie? Ik heb een stukje in een oud archief gevonden uit onze missie visie waarin staat ‘Avanti is van 2001 het centrum van emancipatie en diversiteit en is gestart omdat in nieuwe steden dit soort initiatieven niet vanzelfsprekend zijn. Met een breed scala aan activiteiten worden emancipatie, educatie, ontmoeting en cultuurbeleving van de inwoners van Almere gestimuleerd. Er wordt samengewerkt met verschillende maatschappelijke organisaties en zelforganisaties en vormt zo een netwerk voor interculturalisaties.’ Een hele mond vol, maar dat was ook nodig om duidelijk te maken waar we voor stonden.
“De doelgroep van Avanti bestaat uit vrouwen, mannen en kinderen uit de Almeerse multiculturele samenleving.” Dat moest zo benoemd worden, omdat er toen binnen de gemeente een enorme conservatieve club zat die het niks vonden dat er een vrouwenemancipatiecentrum zou komen. Toen we het echter van specifiek vrouwenemancipatie aftrokken en diversiteit als pijler namen, werd het wel goed gevonden. Ook de focus van onze activiteiten werd uitgebreid beschreven in de missie visie. “Persoonlijke ontwikkeling, economische zelfstandigheid, multiculturele kooklessen, ontwikkeling van een kennisbank, inburgeren en inburgering andersom – zodat Nederlanders ook kennis maakten met andere culturen -, gezondheidsvoorlichting, multiculturele activiteiten, taal- en schrijflessen, interculturele ontmoetingen en bewegingsactiviteiten.” En daarmee stond de basis.
Hoe zag dit alles er in de praktijk uit?
Eigenlijk combineerden we op één plek heel veel verschillende functies. De zaal beneden had een soort koepel met een houten vloer eronder. Als je in die koepel stond, kon je zonder microfoon alle hoeken van de ruimte toespreken. Daar werden yoga en gymnastieklessen gegeven, maar ook lezingen en concerten. Er stonden tafeltjes aan de rand voor de koffieochtenden op vrijdagmorgen. Op vrijdag marktdag kon iedereen die geïnteresseerd was voor ongeveer 40 cent een kopje koffie doen. We werkten samen met de lokale bakker die voor inkoopprijs wat lekkers voor bij de koffie verkocht.
De busbaan was vlakbij en zo konden mensen uit andere stadsdelen ons makkelijk bereiken. Boven kon je kantoren huren en met dat geld hielden we de andere activiteiten laagdrempelig. We speelden in op behoeften. Als er een muzikant was die geen ruimte had om les te geven en wij hadden een gaatje over, dan kwamen ze bij ons en zo ontstonden ook weer concerten. Het was allemaal heel kneuterig maar het werkte.
Welke activiteit staat u nog echt bij?
Een van de grootste projecten was de kookgroep voor voornamelijk vrouwen met een migratieachtergrond. Tijdens het koken leerden vrouwen elkaar en de verschillende culturen kennen. Dat waren momenten vol plezier. De vrouwen werden dan afgezet en opgehaald door hun echtgenoten of familie. Wij zorgden ervoor dat de mannelijke vrijwilligers er niet waren en hadden standaard een persoon op wacht staan, zodat we die veilige ruimte konden garanderen. Op een gegeven moment kregen we het vertrouwen en soms mochten ze dan zelf komen.
We wilden echt een veilige haven zijn voor al die vrouwen. Het is bijna ondenkbaar dat we dat nu zo zouden doen; iedereen vindt maar dat het automatisch aangepast moet worden aan Nederlandse normen en waarden, maar waarom eigenlijk? We wonen in een stad met zoveel verschillende nationaliteiten, waarom dan uitgaan van een soort normen en waarden? Je hebt een plek nodig waar je met elkaar kan praten en uit je bubbel kunt komen. Door eens per maand de maaltijd open te zetten voor de buurt, ontstond er een heel mooie verbinding tussen wat vertrouwd en wat nieuw was. Zowel voor de buurt, als voor de mensen die kookten. Het eten verbond en gaf een kijkje in de culturen die veel Almeerders niet kenden. Het was inburgering van twee kanten.
Hoe is uw hoofdstuk bij Avanti afgesloten?
Ik was en ben ervan overtuigd dat je als stichter nooit lang moet blijven, want dan beschouw je alles als je kindje en moet het op een specifieke manier. Dat is niet bevorderlijk voor de ontwikkeling. Daarom ben ik gestopt toen de verbouwing klaar was en de programmering een jaar draaide. Ik wist toen natuurlijk niet dat het jaren later weer op mijn pad zou komen toen ik in 2010 wethouder werd en ik Avanti in mijn portefeuille kreeg. In die periode van 2010-2014 moesten we ontzettend bezuinigen en dus ook minstens 10% op de welzijnsactiviteiten. Avanti had daar een flinke opgave aan, want de huur werd steeds hoger en steeds bezuinigen op je programmering is je eigen ondergang graven.
Gelukkig hadden we ambtenaren die heel creatief waren. Het idee ontstond om uit het oude Rabobank gebouw te gaan en her en der in de stad activiteiten te organiseren. En zo geschiedde. De huursom is toen met de verplichte bezuiniging overgeheveld naar de programmering en met wat puzzelen kon Avanti het geld dat eerst in de huur zat nu ook gebruiken voor de programmering. Er ontstonden samenwerkingen met de Nieuwe Bibliotheek, Almere Buurthuizen Centrum en Corrosia. Ik vraag me af of Avanti het had overleefd zonder die move en daar ben ik mijn ambtenaren nog steeds erg dankbaar voor.
Wat is het meest waardevolle dat u is bijgebleven uit uw Avanti tijd?
Dat je met een team het onmogelijke kunt verwezenlijken! Niemand van dat bestuur kende elkaar van tevoren, want iedereen was ergens vandaan geplukt. Het was soms best wennen. Je vecht, lacht, discussieert en moet besluiten nemen, maar we hebben toch iets moois met elkaar neergezet. Hoe gemixter en diverser je team is, hoe mooier het resultaat, want die wrijving geeft glans om het maar ouderwets te zeggen. Als je elkaar maar respecteert, goed luistert en in verschillende meningen naar oplossingen zoekt, dan kom je tot geweldige resultaten. Daar zijn wij vrouwen toch vaak meer mee bezig: elkaar vinden en krachten bundelen. We hadden het gevoel dat we echt met iets unieks bezig waren en daarmee kom je tot grote hoogtes.
Wat zou u Avanti willen meegeven voor de komende jaren?
Die diverse functies en het laagdrempelig aanspreken van verschillende doelgroepen zoals het ooit is ontstaan, gebeurt nog steeds alleen in een ander jasje. Speel in op wat nodig is en wat je omgeving zoekt. Zorg dat je iets in gang zet wat door een ander wordt opgepikt en verder ontwikkeld, want zo blijf je jezelf ook vernieuwen. Dus eigenlijk: blijf doen wat jullie doen!