Gezien worden

Ons brein en de maatschappij

(c) Pavel Ananich voor Avanti

Iris Berfelo is werkzaam als Psycho Sociaal Counselor in Almere. Ze krijgt regelmatig mensen in haar praktijk die worstelen met hun zelfbeeld en de invloed die dat heeft op hun plek in de maatschappij.

Het lijkt een voor de hand liggende term: zelfbeeld, maar wat houdt het in?

‘Het is de manier waarop je naar jezelf kijkt en het beeld dat je daarbij van jezelf hebt. Men is zich vaak niet bewust van waar dat beeld vandaan komt en classificeert zichzelf snel als “dat is nu eenmaal mijn karakter.” Het ligt wat ingewikkelder, je zelfbeeld bestaat uit meerdere aspecten: het emotionele, sociale, cognitieve en fysieke. Het bepaalt je handelen en op een gegeven moment draaien de rollen om en bepaalt het handelen je zelfbeeld. Zo is er een constante uitwisseling. Daarbij is de omgeving en de relatie met anderen uitermate belangrijk. Het is lastig om jezelf niet te zien door de ogen van een ander. Belangrijk is of de mensen waarmee jij je identificeert, jou wel of niet goedkeuren.’

(c) Pavel Ananich voor Avanti

Je werd geboren in Enschede en had op je 12e al in Nigeria en Ghana gewoond. Hebben de ervaringen in het buitenland grote invloed gehad op hoe je naar jezelf kijkt?

‘Voordat ik naar het buitenland vertrok, werd ik opgevoed met een open en brede blik op de wereld. Begin jaren ‘60 kwamen er al vrienden uit Afrikaanse landen bij mijn ouders over de vloer. In Enschede waren mensen uit niet-Europese landen in die tijd een bezienswaardigheid. Qua religie leerde ik dat mensen in de basis op zoek zijn naar hetzelfde, maar dat dat zich overal verschillend gemanifesteerd en ontwikkeld heeft. Mijn moeder nam me mee naar de kerk, naar de synagoge, naar de soefibeweging en later in het buitenland ook naar de moskee. Toen homoseksualiteit nog taboe was kwamen er bij mijn ouders vrienden met een andere seksuele geaardheid over de vloer en de eerste transgender was een goede vriend van hen. Ik was 15 toen ik Edwin leerde kennen. Op mijn 19de trouwde ik met hem en toen begon mijn buitenlandleven opnieuw. Met Edwin en onze kinderen hebben we gewoond in Peru, Bolivia, Mali. De laatste jaren heeft Edwin gewoond en gewerkt in Afghanistan en heb ik hem twee keer voor langere tijd bezocht. Nu werkt en woont hij in Tadzjikistan, waar ik ook enkele maanden van het jaar verblijf. Door in het buitenland te wonen is mijn zelfbeeld niet erg veranderd, maar het is daardoor wel gevoed en versterkt.’

Merkte je wel verschillen tussen het zelfbeeld van mensen in Nederland en in andere landen?

‘Verschillen zijn er. Wat ik zie, is dat verschil niet erg is. Het probleem is dat gelijkwaardigheid wordt gemeten aan verschillen. Dat zie je helaas in alle culturen gebeuren, ranking on differences, maar de westerse cultuur heeft daarbij wereldwijd een dominante positie ingenomen. Dat merkte ik toen ik terugkwam. Rond mijn 40ste is mijn zelfbeeld behoorlijk door elkaar geschud. Ik ging weer langere tijd in Nederland wonen met de kinderen, maar ik begreep mijn eigen land en cultuur niet meer. Ik voelde me eenzaam en verloren, moest “inburgeren” in mijn eigen cultuur. Ik was gewend aan contact hebben met elkaar, altijd welkom zijn, open deur en ontvangst, delen en samen eten, ook al ben je nieuw of een vreemde. Hier gaat alles op afspraak. Als ik bij mijn buren aanbelde terwijl ze net aan het eten waren dan was het gesprek aan de deur en werd gevraagd of je na het eten even terug kon komen. De meeste mensen waren niet zo geïnteresseerd in mijn achtergrond. Het was even spannend om naar te luisteren, als een exotisch iets, maar vervolgens was het vaak: “Ach, toch maar goed dat je weer hier bent, hier zijn we civilized.” We leven volgens die logica dus in een “beschaafdere samenleving”. En daar wringt het met mijn kijk op wat beschaving is. Waar wordt beschaving dan aan afgemeten? Landen en culturen zien als exotische plekken die minder beschaafd en ontwikkeld zijn, sluit open en gelijkwaardig naar elkaar kijken uit.’

Waar komt dat vandaan?

‘Eigenlijk leven we nog steeds aan de hand van een instinct. We hebben in de laatste 100.000 jaar dan wel onze neocortex ontwikkeld, het deel van de hersenen dat betrokken is bij de hogere functies als redeneren, abstract denken en taal, maar als manager van ons functioneren is het nog een zwak systeem. We doen daarom veel dingen die we achteraf betreuren. Vaak denken we niet na en moeten we ons brein in het gareel zien te krijgen. In hoeverre dat ons lukt, is afhankelijk van onze persoonlijke ontwikkeling. Het gevoel van overleven is vertaald naar economische en daarmee maatschappelijke posities. We willen gezien worden, het geeft ons een gevoel van belangrijk zijn en belangrijk zijn geeft ons macht. Daarmee staan we vooraan en ons primitieve brein vult dan in dat je in die positie als eerste overleeft. We plaatsen onszelf hiermee, niet altijd bewust, boven de ander. Dat roept weerstand op, sluit mensen uit, etiketteert mensen.’

(c) Pavel Ananich voor Avanti

Daar valt niks aan te doen?

‘Ik denk dat de manier waarop we samenleven aan vernieuwing toe is. Persoonlijke ontwikkeling is een levenslang doorlopend proces. Echter, het fundament leggen we in onze kinderjaren en vooral in de puberteit. Er wordt dan volop aan een strategie gebouwd die zorgt dat we gezien willen worden. De status die we verwerven, wordt daarbij niet meer afgemeten aan de beste jager of krijger zijn, maar aan wat je verdient, welke positie je bekleedt en hoeveel materiële bezittingen je hebt. Ons hele onderwijs is er nog op ingericht, met het belonen voor de beste cijfers, het voorop lopen en slim en assertief zijn. Hoe mooi zou het zijn als we naast die ontwikkelde strategie ook focus en energie gingen steken in een andere kant van persoonlijke ontwikkeling. De hogere functies van ons brein gaan stimuleren en voeden. Het zou heel veel kwaliteiten die de mens in zich heeft tot hun recht laten komen. Het zou ‘gezien en gehoord worden’ en ‘ertoe doen’ in een heel ander daglicht zetten. Veel groepen van mensen die zich nu buitengesloten voelen, zouden evenwaardig mee kunnen doen.’