Voorstelling over jonge mantelzorgers
‘Verantwoordelijkheid is een goede eigenschap, maar het moet niet doorslaan’
Een moeder die ernstig ziek is, een vader met een verslaving of een broertje of zusje met psychische problemen: één op de vier kinderen en jongeren verleent mantelzorg. In De Zorgfabriek nemen Almeerse kinderen het publiek mee naar een bijzondere fabriek waar het even niet allemaal op rolletjes loopt. De interactieve wandelvoorstelling geeft een kijkje in de wereld van jonge zorgverleners. En dat is hard nodig. ‘Kinderen willen graag gezien worden. Daarom kan een simpele ‘hoe gaat het met jou?’ al het verschil maken.’
Volwassenen die zorgen voor hun ouders; we kennen ze allemaal. Maar over kinderen die opgroeien met ziekte en zorg horen we weinig. Toch blijkt uit onderzoek dat ongeveer 25 procent van alle kinderen mantelzorger is. Voor hen is de situatie vaak heel normaal, maar het heeft wel een grote invloed op hun ontwikkeling en leven.
Jonge mantelzorgers (JMZ) zorgen voor hun familie, maken zich zorgen om ze (en om hun eigen toekomst) en door de situatie thuis krijgen ze niet altijd genoeg aandacht. ‘Een soort domino-effect. Want als je meer verantwoordelijk bent voor het huishouden omdat je moeder ziek is en je vader veel moet werken, heb je geen tijd om eropuit te gaan en vrienden te maken. Je kunt ze ook niet mee naar huis nemen, waardoor je wereld steeds kleiner wordt’ verteld Ingrid van Beusekom, consulent JMZ van de VMCA. ‘Jonge mantelzorgers vergeten vaak de zorg voor zichzelf,’ voegt haar collega Marjolein van Veelen hieraan toe.
Als Marjolein en Ingrid anderen professionals confronteren met de cijfers, schrikken ze vaak. ‘Op scholen hoor je soms: ‘Dat speelt niet bij mij in klas’. De kinderen praten er immers niet over, omdat ze het normaal vinden of niet anders dan anderen willen zijn,’ vertelt Ingrid. ‘Neem als voorbeeld mijn eigen dochter: zij weet ook niet beter dan dat mijn man ziek is. De situatie is immers zoals die is.’
‘Zorg dragen voor zieke familieleden hoeft niet altijd verkeerd te zijn,’ vertelt Marjolein. ‘Denk bijvoorbeeld aan een handje meehelpen in het huishouden of een keer meegaan naar de huisarts. Verantwoordelijkheid is een goede eigenschap, maar het moet niet doorslaan, want dan is er een grote kans dat kinderen op latere leeftijd te maken krijgen met relationele en/of sociale problemen, en zelfs depressie.’
Een van de redenen dat jonge mantelzorgers in de problemen kunnen komen is doordat we naar een participatiemaatschappij waarbij meer op mantelzorgers wordt geleund. Zo kregen de consulenten laatst te maken met een case van een zestienjarig meisje dat sinds de haar moeder uit het ziekenhuis kwam het hele huishouden draaiende moest houden. Uitwonende broers en zussen had ze wel, maar die sprongen niet bij, en daar werd door instanties wel vanuit gegaan. Toen het op school misliep, trok het meisje aan de bel. De school schakelde daarop VMCA in.
In gezinnen waar ziekte en zorg is, ontstaan vaak ook andere problemen. ‘Ziek zijn kost geld. In gezinnen waar de zorgkosten hoog zijn, moet soms ieder dubbeltje worden omgekeerd, waardoor relaties soms ook op spanning komen te staan. Sommigen geven op een leeftijd van negen jaar al aan dat de zorgen en de verantwoordelijkheid die zij ervaren hen boven het hoofd gaan,’ zegt Ingrid. ‘Wij spreken regelmatig kinderen en jongeren met suïcidale gedachten, en helaas horen we ook vaak dat ze (gelukkig mislukte) pogingen hebben gedaan om het leven te beëindigen.’
Als dat gebeurt, ben je eigenlijk al te laat. Daarom vinden de consulenten van VMCA het belangrijk dat er meer bij meer mensen kennis en inzicht komt in het leven van jonge mantelzorgers. VMCA biedt naast voorlichting diverse trainingen aan voor jonge mantelzorgers, en ze zetten hun netwerk in om hulp te bieden aan de gezinnen. De kinderen worden doorverwezen door professionals, scholen, wijkteams en via andere gezinnen. Vervolgens komt er een kennismakingsgesprek en proberen ze de thuissituatie zo goed mogelijk in kaart te brengen. Welke hulp is nodig? Waar liggen de behoeftes? Wie kunnen wij vragen mee te helpen?
De jonge mantelzorgers kunnen bij de VMCA terecht voor het vinden van andere jonge mantelzorgers, ontspanning, informatie en een luisterend oor. Trainingen zijn er voor alle leeftijdsgroepen. Zo is er voor de jongste kinderen (4 tot met 8 jaar) Piep de Muis, waarbij kinderen die thuis spanningen ervaren aan de hand van een handpop in de vorm van een muis op een speelse manier meer zelfvertrouwen krijgen en leren omgaan met emoties. Voor jongeren is er de training ‘Alles op z’n KOPP’, voor kinderen wiens ouders kampen met psychische problemen of een verslaving. Ook zijn er workshops over weerbaarheid, grenzen stellen en dankbaarheid. En het ‘maatjesproject’ geeft kinderen extra aandacht.
Dat laatste kan al heel veel verschil maken in hoe een kind zich voelt, zeggen Ingrid en Marjolein. ‘Er wordt vaak alleen maar gevraagd naar de zieke ouder, broertje of zusje. De vraag ‘hoe is het met jou?’ is daarom zo belangrijk – het kind voelt zich dan gehoord en gezien. Als het even niet meer gaat, weten ze bij wie ze aan de bel moeten trekken.’
Jonge mantelzorgers hebben het gevoel dat ze altijd ‘aan’ moeten staan. Ingrid: ‘Ik had cliënte, een tiener, die altijd haar telefoon bij zich had, want daarop stond een camera die op haar zieke moeder was gericht. Ze was er altijd mee bezig, kon het nooit helemaal loslaten. Ze durfde ook niet uit huis te gaan, terwijl ze op een gegeven moment graag wilde samenwonen. Uiteindelijk is ze toch het gesprek aangegaan – het was voor haar fijn om met advies van consulenten en leeftijdsgenoten haar keuze te maken.’
Soms hebben ouders niet door dat hun kind te veel verantwoordelijkheden heeft, zoals bij een tienjarige jongen wiens moeder zwaar verslaafd was. De vader werkte heel hard om alles te kunnen betalen. ‘Op een dag kwam de jongen naar de training zei hij dat hij er eigenlijk niet bij kon zijn. Want hij moest nog stofzuigen, aardappels schillen en zijn huiswerk maken. Hij vroeg toen of hij na een uurtje weg mocht. Ik zei dat dit goed was als ik zijn vader mocht bellen,’ aldus Marjolein. ‘De vader bleek niet te weten hoe zwaar zijn zoontje het had en dat hij zich zo verantwoordelijk voelde. Door dit zichtbaar en bespreekbaar te maken kon hij zijn kind beter begeleiden.’
Het is belangrijk dat er meer oog komt voor jonge mantelzorgers, vinden ze bij VMCA, en dat er meer samenwerking komt tussen welzijnsinstanties. ‘Het gaat de goede kant op, maar er is meer nodig. Zelfs binnen de volwassen GGZ is er nog te weinig oog voor jonge mantelzorgers. Het gevolg is dat ze (te) laat worden doorverwezen naar de juiste instanties,’ besluit Marjolein. ‘We hopen dan ook dat de Gemeente Almere een nog grotere rol gaat spelen om preventie en samenwerking te bevorderen.’
Op 22 en 23 april wordt er een interactieve voorstelling opgevoerd waarin Almeerse kinderen op een vertederende, grappige en leerzame manier een klein kijkje in de wereld van zorg en kinderen geven. De Zorgfabriek is een voorstelling van Kleur in Cultuur in samenwerking met de Schoor, Avanti en VMCA. Voor meer informatie en kaartjes: www.avanti-almere.nl/agenda/de-zorgfabriek/