aan het woord
Tuin Moes
Oogsten met de buurt
Akke Faling (38) ruilde Amsterdam in voor Oosterwold waar ze samen met haar man Floris hun grote droom konden realiseren: leven van het land. Nu runnen ze een succesvolle tuinderij. Ze wonen er met zoons Wolf van vijf en Mees van een.
Samen met haar man Floris woonde Akke (38) lange tijd in Amsterdam. Ze waren op zoek naar een plek om buiten te leven met de ruimte voor een flinke moestuin. Tot in Noordoost Groningen en België hebben ze gezocht naar een geschikte plek: ‘We dachten dit niet in de buurt van de Randstad te kunnen vinden, laat staan betalen. Tot kennissen ons wezen op Oosterwold bij Almere.’ Zes weken na de geboorte van hun eerste zoon Wolf in 2015, weten ze met een bevriend stel een stip te zetten voor een kavel van een hectare. Daar zullen zij hun huizen op zo’n 15 meter afstand van elkaar gaan bouwen. Ze zijn twee jaar zoet met vergunningen aanvragen en zodra het mogelijk is, gaan ze op hun kavel wonen in een stacaravan. De saamhorigheid onder de buren is groot: ‘Toen we nog geen water hadden, mochten we douchen bij een van de buren.’ Twee jaar later is hun zelfgebouwde huis af en wordt hun tweede zoon Mees er thuis geboren.
Akke en Floris hebben allebei de droom om meer in verbinding met de natuur te kunnen leven waaronder het verbouwen van voedsel op het land. Ze leggen een moestuin aan. Van huis uit is Akke religiewetenschapper en heeft daarin ook gewerkt, maar steeds meer begon het idee te leven om van het verbouwen van voedsel haar beroep te maken. ‘Dat was toch spannend, want ik zou van werken met m’n hoofd na een universitaire opleiding zogezegd gaan werken met mijn handen. Ik besloot naast mijn werk in deeltijd de mbo-opleiding biologisch dynamische land- en tuinbouw te gaan doen aan de Warmonderhof. Dat was wel even een stap.’
Haar man Floris heeft Bos- en natuurbeheer gestudeerd en samen besluiten ze ervoor te gaan. Dit jaar heeft Akke haar baan als lerarenopleider opgezegd. ‘Afgelopen winter en in het voorjaar hebben we de tuin vormgegeven. Een kas gekocht op Marktplaats en die in elkaar zetten was wel even een projectje.’ Ze zouden vooral voor restaurants gaan telen, maar op het moment dat ze zouden beginnen met zaaien en planten werd de afzet door de coronamaatregelen hoogst onzeker. Het stel besloot het plan om te gooien en vooral voor buurtgenoten te gaan telen volgens het principe van ‘community supported agriculture’.
Zijn er veel tomaten, dan krijgt iedereen veel tomaten
Binnen een dag hadden we 26 gezinnen en waren we al onze oogstaandelen kwijt. Mensen delen mee in de overvloedige oogst, maar ook in het risico als de oogst zou tegenvallen. Zijn er veel tomaten, dan krijgt iedereen veel tomaten en zo niet, dan krijgt iedereen er maar een paar. Dat is voor ons financieel fijn en zorgt ook voor extra betrokkenheid bij de tuin.’ Wat ook helpt is dat Tuin Moes vanaf dat het licht is altijd open is, en er mensen kunnen komen om groenten te oogsten. ‘Kinderen komen een bosje wortels halen of wat aardappels voor het avondeten.’
Akke en Floris telen zonder kunstmest en bestrijdingsmiddelen en hebben een breed assortiment aan groente. Het seizoen begint met tuinbonen, sla, spinazie, peultjes, erwtjes, snijbiet en wortel. In de zomer zijn er onder andere verse aardappels, tomaten, komkommer, bietjes, Nieuw Zeelandse spinazie, venkel en zomerpostelein en in het najaar bijvoorbeeld pompoen, broccoli, pastinaak, prei, paksoi, boerenkool en andijvie. We hebben leren plannen hoe we het beste kunnen telen zodat mensen afwisselend kunnen eten.’
Ondertussen heeft Tuin Moes veel meer oogst dan ze met de 26 gezinnen op kunnen krijgen en zijn er ook weekabonnementen. Er staan zo’n 30 gezinnen op de wachtlijst voor volgend jaar. Inmiddels zijn ook de restaurants weer open. ‘Maxime van Neighbours Kitchen komt regelmatig groenten afhalen (zie het andere interview hier) en volgend jaar kunnen we het aantal aandeelhouders verdubbelen.’ Ook verhuren ze hun twintig schapen als biologische grasmaaier: ‘Scheelt weer diesel.’
Faling is naast het wonen en werken in groen en duurzaam Oosterwold ook blij met het ‘noaberschap’: ‘Er is een appgroep om gereedschap en machines van elkaar te kunnen lenen tijdens de bouw. Als er een kindje wordt geboren of iemand is ziek dan koken we voor elkaar. Na de geboorte van onze jongste hebben we de eerste twee weken bijvoorbeeld niet hoeven koken. Dat is heel fijn.’ Samen hebben ze ook een school opgericht waar nu zo’n 15 Oosterwolders les krijgen. Persoonlijk vindt Akke het mooi dat er een generatie opgroeit die weet waar hun voedsel vandaan komt en dat ze deze lopend of fietsend komen oogsten: ‘Nu zouden we graag iets willen groeien. Deze winter lenen we bijvoorbeeld de grote kas van een buurvrouw zodat we het seizoen wat kunnen verlengen en dingen kunnen voorkweken voor volgend jaar. Er staan mooie dingen op stapel in Oosterwold.’